Ja, hartstikke leuk en aardig dat het weer herfst wordt. De herfst is mijn favoriete seizoen – najaar laat de lucht lekker ruiken en alles er belachelijk mooi uitzien. Dat het koud is, neem ik te koop toe. In de zomer is het ook zo vaak koud. Dat het steeds vroeger donker wordt, vind ik ook prima. Ik hou wel van die afwisseling. Als de dagen langer worden ben ik blij, als de dagen korter worden ook.
Maar dit keer is er iets mis.
Vorige week zat ik met mijn lelijke fuck it het is koud-trui in college. Deze trui mag ik normaal gesproken alleen aan als het buiten zo ijs- en ijskoud is dat ik al mijn principes rondom kleding mag verloochenen. Nu had ik vorige week sowieso een fuck it-week, maar wat nog erger was dan dat ik er als een malloot bijzat terwijl het technisch gezien nog steeds zomer was, was dat ik het nog steeds koud had. Met mijn lelijke dikke trui. In de zomer dus.
Bovendien: die leuke vallende blaadjes zijn leuk, voor nu. En jezelf inpakken met warme sjaals en zachte mutsen is ook alleraardigst, net zoals kaarsjes branden en warme chocomelk. Omdat het weer kan. Omdat het weer even ‘nieuw’ is. Maar zo in november is de lol er echt wel af, hoor. En dan moeten we nog een tijdje. Dan is de herfst op de helft, maar dan krijg je de winter nog. Winter is eigenlijk gewoon herfst, maar dan nog kouder, nog kaler, nog donkerder. En zonder het “oooh kijk de wisseling van seizoenen”-gevoel. Winter is eentonige nietsheid. Bovendien, als ik mezelf nu al verlies in chocoladekruidnoten en beenwarmers, hebben al die dingen tegen die tijd geen effect meer. Dan moet ik me in januari van top tot teen gaan hullen in thermo-ondergoed.
Dat wil ik eigenlijk nu al wel.
Deze post ging 25 september 2013 online, maar verdween toen mijn blog crashte. Op 10 oktober 2014 heb ik hem ergens in de krochten van het web gevonden en opnieuw online gezet.