Author Archives: Lisa

fronsrimpels en feminisme

Ik ben 25 en ik heb één beginnende voorhoofdsrimpel. Een halve, eigenlijk, want hij zit alleen aan de rechterkant van mijn gezicht. Ik snap niet zo goed hoe dat kan, maar toch is het zo.

Voor alle jonkies die meelezen en nu heel veel medelijden met me krijgen: helaas, hoe jeugdig 25 ook klinkt, het is echt geen verkeerde leeftijd om je eerste rimpel te hebben. Je hoofd wordt sneller oud dan je denkt. Desondanks vind ik het in mijn geval toch een beetje oneerlijk, aangezien ik tot mijn 24ste de huid van een jongen van 14 heb gehad: ik heb slechts één jaar mogen genieten van een meestal redelijk zuiver velletje (veganisme bleek het antwoord tegen alle puisten). En dat is best wel kort.

Daarom denk ik erover om botox te nemen. Niet dat ik het echt wil doen – ik fantaseer er alleen over. Ik ben namelijk veel te bang dat het misgaat en dat mijn hoofd dan tot helse proporties opzwelt en dat ik mezelf dan vervolgens iedere nacht in slaap moet huilen, het universum smekend om gewoon maar weer één voorhoofdsrimpel aan de rechterkant van mijn gezicht te hebben.

Heel lang dacht ik dat ik de enige in mijn omgeving was met stiekeme botoxwensen (het leek me uiteindelijk toch meer iets voor de Kardashians en de Balkjes van deze wereld), maar toen ik het erover had met mijn vriendinnen, zeiden twee dat ze het zó zouden laten doen. De derde was er principieel op tegen. Ik ben er eigenlijk ook principieel op tegen, maar toch wil ik het.

Weet je wat het is? Aan de ene kant kun je zeggen: accepteer jezelf zoals je bent, rimpels zijn karakteristiek, maar dat is nogal scheef. Op andere fronten accepteren we onszelf namelijk ook niet. Anders zouden sportscholen heel wat rustiger zijn en winkels massaal sluiten. We hebben bijna allemaal een beugel gehad, we zoeken continu naar dé shampoo die ons haar nou eindelijk eens voller gaat maken. Wat maakt zo’n botoxprikje dan nog uit?

Tegelijkertijd heb ik het idee dat je hiermee een grens over gaat. Een wazige grens, maar toch eens grens. Beugels zijn de norm – als ik er geen had gehad, stonden mijn tanden nog steeds over elkaar heen en ik denk niet dat ik me daarbij echt lekker zou voelen als jullie verder allemaal wél rechte tanden hadden. Maar nog niet iedereen gebruikt botox. Nog niet.

En daarom vind ik het dus eigenlijk niet feministisch verantwoord (want hoe je het ook wendt of keert, de strijd tegen rimpels is toch een vrouwending). Het is een beetje hetzelfde als het dragen van make-up en het scheren van je lichaamshaar. Ik weet het, zeggen dat make-up niet feministisch is, is tegenwoordig een nog onpopulairdere mening dan ‘melk is moord’ (het feministische credo van vandaag de dag is namelijk ‘Doe waar je je goed bij voelt’, en nou ja, ik voel me goed als ik voldoe aan het standaard vrouwelijk schoonheidsideaal, zelfs al weet ik dat dit me een weerloze slaaf van het patriarchaat maakt, dus hoe feministisch is dat?) (Toch blijf ik braaf mascara smeren. Dat is gewoon makkelijk. Ik ben al veganist, dat vind ik wel weer subversief genoeg.)

Maar goed, om nog even door te gaan op het bovenstaande: alles-kan-en-alles-magfeministen, ik wil jullie niet tegen het verkeerde been schoppen want ik ben ook niet tegen jullie, omdat ik weet dat het óók weer niet feministisch is om vrouwen te dwingen om rond te lopen met okselhaar tot op hun ellebogen. Het antwoord op dit soort vraagstukken bestaat niet, vrees ik.

Dus of ik nou botox ga nemen? Voorlopig niet, in ieder geval, want mijn vriend vindt het stom en op zich ga ik niet zoiets doodengs doen als mijn spieren laten lamleggen terwijl hij me niet eens emotionele support biedt. Toch weer dat patriarchaat, hè.

botox

Zo glad moet mijn huid dus worden (sorry, ik weet dat jullie zaten te wachten op een foto van De Beginnende Rimpel, maar momenteel is hij nog zo beginnend dat m’n selfiecamera hem niet kan detecteren)

P.S. Pas uren nadat ik deze blog online heb gezet bedenk ik me ineens dat botox misschien helemaal niet vegan is……………..

15 Comments

Filed under leven

de irritantste dingen aan fietsen in amsterdam

 

fietsen amsterdam

Sinds een paar weken werk ik fulltime en tijdens normale kantooruren. Dat vind ik in principe erg lekker – (niet) werken op dezelfde momenten als de rest van de wereld zorgt toch weer voor een bescheiden daling van het FOMO-gehalte in mijn bloed. Bovendien gedij ik vrij goed bij een vast ritme. Iedere dag om zeven uur opstaan maakt mij energiek en gelukkig (ja lach maar, stelletje bohémiens, zo ben ik nu eenmaal).

Als je voelt aankomen dat ik nu ga vertellen wat het nadeel van het office hours-leven is dan heb je gelijk, want er is zeker een nadeel en dat nadeel heet ‘spitsuren’. Ja, ook fietsers hebben daar last van, in Amsterdam wel tenminste. Fietsfiles zijn echt een ding – ik verzin dit niet. Het enige verschil tussen fietsfiles en autofiles is dat automobilisten nooit zomaar uit de file stappen om over de stoep verder te rijden. Dan zou hun rijbewijs afgepakt worden, denk ik.

In Amsterdam is veel te weinig fietspad voor veel te veel fietsers. Dat wist ik al langer dan vandaag, maar nu ik iedere werkdag met de massa meerijd, merk ik het pas écht. Wellicht helpt het feit dat ik me door het centrum (Waterlooplein, Nieuwmarkt, Centraal Station) beweeg ook mee met deze fijne bewustwording.

Omdat zondag voor mij en de meesten van jullie een rustdag is, heb ik besloten om te zorgen voor ontspanning door mijn frustratie om te zetten in woorden. Bij dezen, de lijst met mijn grootste ergernissen van fietsen door Amsterdam tijdens spitsuren:

  1. Met stip op 1: mensen die aan de linkerkant van het fietspad fietsen. Ik snap dat dus echt niet. Denk je dat je zo snel fietst dat niemand je in kan halen of zo? FOUT. Ik wil je inhalen. Er zitten al zo weinig minuten in een dag, en die kan ik echt niet verspillen door langer achter jou te fietsen dan strikt noodzakelijk is.
  2. Mensen die aan de verkeerde kant van de weg fietsen, voornamelijk in de Wibautstraat. Even voor het beeld: de Wibautstraat telt twee aparte fietspaden, de ene aan de ene kant van de autoweg, de ander aan de andere kant (goh). Oversteekplekken zijn schaars en de fietspaden zijn vrij breed, dus heel veel mensen fietsen maar gewoon aan de verkeerde kant als ze toevallig aan die kant moeten zijn. Ik weet nooit zo goed of dat eigenlijk niet gewoon mag (aangezien ZOVEEL mensen het doen) maar ik vind het bloedirritant en supergevaarlijk. Laatst fietsten we met een hele stoet werkpaarden aan de juiste kant van de weg toen er ineens uit het niets een tegenligger aankwam. Ik moest uitwijken, waardoor mijn tas in het stuur van een ander haakte en we bijna omvielen (gelukkig bleef het bij bijna). Echt mensen, rij gewoon aan de goede kant van de weg. Kan mij het schelen dat je twee minuten later bij de Albert Heijn bent.
  3. Mensen die hun hand niet uitsteken als ze voor je neus ineens naar links of naar rechts gaan, zodat je keihard afgesneden wordt. Heeft geen uitleg nodig, geloof ik.
  4. Voetgangers die heel erg demonstratief beledigd doen als je over het zebrapad fietst zonder hen voor te laten. Ik weet het: eigenlijk moet het wel. Maar soms fiets je vooraan een enorme Lion King-achtige kudde gnoes en dan is het supergevaarlijk om ineens stil te staan. Ik probeer zo veel mogelijk te stoppen voor zebrapaden, maar… dit is typisch iets dat je nou eenmaal per situatie in moet schatten. Ik wil geen ongeluk krijgen, weet je.
  5. Speaking of ongelukken: een van mijn grootste ergernissen in het dagelijks fietsverkeer is dat ik iedere dag weer in m’n eentje stilsta voor een rood stoplicht omdat ik bang ben om overreden te worden. Daar hebben andere mensen nooit last van, op een of andere manier. Hashtag eens het braafste meisje van de klas, altijd het braafste meisje van de klas.
  6. Mensen die met je willen vechten om iedere lullige verkeersovertreding die je maakt. Ik bedoel, hoe irritant ik de bovenstaande dingen ook vind, ik ga heus niet tegen je schreeuwen of zo, ik zucht hooguit eventjes dramatisch. We zijn allemaal deelnemers aan het verkeer, we maken allemaal fouten (ja, zelfs ik). Maar er zijn dus echt mensen die heel hard tegen anderen gaan schreeuwen. Schreeuwen, ja. “Kun je niet uit je doppen kijken, achterlijke eikel?” hoor ik dan, alleen maar omdat iemand een keertje geen voorrang gaf. Sorry hoor, maar dan neem je ‘op tijd op je werk komen’ echt veel te serieus.
  7. Lekke banden – en dan vooral die je krijgt op de verkeerde plaats en het verkeerde moment. Kijk, dat mijn band vrijdag lek ging, dat was vervelend. Dat het niet in de buurt van mijn huis was, was nog vervelender. Dat het op vrijdagavond was, maakte mijn verdriet al helemaal compleet. Inmiddels is-ie bij de fietsenmaker, maar ik kan hem pas maandagavond ophalen. En eerlijk is eerlijk: hoewel fietsen in Amsterdam tijdens spitsuur bloedirritant is, is met het openbaar vervoer in Amsterdam tijdens spitsuur altijd nog net wat erger…

 

Amsterdam vanaf de fietsflat ?

Een foto die is geplaatst door Lisa ??? (@vijfkoffiegraag) op

9 Comments

Filed under de ongemakken des levens

bevindingen na de eerste week van de rest van mijn leven

Ja, natuurlijk, iedere week is de eerste week van de rest van je leven. Iedere dag is de eerste dag van de rest van je leven, iedere seconde is de eerste seconde van de rest van je leven – dat zijn maar liefst 86.400 momenten per dag waarop je de hele boel totaal om kan gooien. Hoopvol, nietwaar? Maar goed, vorige week was wel echt een heel erg ‘nieuw begin’ in klassieke zin, aangezien ik toen begon aan mijn eerste fulltime baan na mijn studie. Mijn studententijd is officieel over, finito, komt nooit meer terug.

(Alhoewel, je weet nooit wat het leven je brengt, wellicht ga ik op mijn vijftigste weer in een studentenhuis wonen en beginnen aan een studie Informatica, kan toch?)

Als ik mijn week in één woord moest omschrijven, zou ik zeggen… intens. Ik heb ontzettend veel geleerd over het bedrijf waar ik werk en over wat ik ga doen, het is allemaal superinteressant en ik heb echt veel zin in de komende tijd. Verder ga ik er niets over zeggen, want anders wordt het zo’n ‘Lief dagboek’-verhaal, en bovendien vindt mijn werkgever het vast niet zo chill als ik alle details deel met de hele Nederlandstalige wereld (en met iedereen met Google Translate).

Maar goed, hoe leuk het ook is, na een behoorlijk lange vakantie is het natuurlijk altijd even wennen om weer in Het Gareel te moeten (iets dat ik twee jaar geleden ook ondervond toen ik fulltime stage liep). Tevens sliep ik de vorige week behoorlijk belabberd vanwege het warme weer. Volgens mij heb ik ongeveer net zo lang wakker gelegen als dat ik daadwerkelijk heb geslapen. Needless to say: ik was de hele week een beetje moe.

Ondanks het prachtige weer heb daarom ik dan ook nauwelijks het huis verlaten, het was net alsof ik huisarrest had. In plaats daarvan keek ik alleen maar naar RuPaul’s Drag Race (lees: America’s Next Top Model voor drag queens). Jup, het is een tijdje geleden dat ik het daar voor het laatst over heb gehad – ik was namelijk behoorlijk lang blijven steken bij seizoen 4. Na seizoen 3 en de eerste afleveringen van seizoen 4 was ik eigenlijk wel een beetje drag queen-verzadigd. Kwam deels doordat ze met zoveel waren dat ik ze niet meer uit elkaar kon houden, deels doordat ik seizoen 3 nogal saai vond (de enige leuke queens vond ik Shangela, Manila Luzon en Raja, de rest was echt… blugh) en deels doordat ik na tientallen afleveringen een beetje gek werd van RuPaul, die in iedere aflevering meer op een karikatuur van zichzelf ging lijken.

Maar ja, aangezien ik vorige week niet genoeg energie had om ‘s avonds naar buiten te gaan en iets te beleven (man, ik had niet eens genoeg puf om door mijn Instagramfeed te scrollen) en ik Gossip Girl onlangs voor de tweede keer uit had, ging ik toch maar verder met RPDR bingewatchen. En dat was eigenlijk een ontzettend goed idee.

Seizoen 4 vond ik namelijk veel en veel beter dan seizoen 3, en dat had alles te maken met de deelnemers. Die waren namelijk gewoon beter. Mijn lievelings was uiteraard Sharon Needles. Zij ALLES wat ik zoek in een drag queen. Ik hou van haar hoofd, ik hou van haar humor, ik hou van haar kledingstijl, ik hou van haar attitude.

via GIPHY

(Dit is dus Sharon, en dit is dus m’n nieuwe levensmotto).

Het was allemaal zo leuk dat ik meteen doorging naar seizoen numéro 5. En wat kan ik zeggen… tot nu toe is dit mijn lievelingsseizoen. Iedereen is zo goed! In tegenstelling tot in seizoen 3 (waarbij je vanaf het begin al wist dat er maar twee queens waren die er echt toe deden) zijn er zoveel kandidaten waarvan ik denk dat ze best wel eens zouden kunnen winnen. Ik ben supererg voor Jinx Monsoon, al heb ik nog niet helemaal uitgevogeld waarom ik haar zo leuk vind. Ze doet me een beetje denken aan my first drag queen crush Pandora Boxx. Maar ja, dat zei Santino ook, EN WE WETEN ALLEMAAL HOE SANTINO OVER PANDORA DENKT.

(Ja ik ben nog steeds boos)

Ik zou een plaatje van Jinx op willen zoeken ter illustratie van een blogpost die voor de helft gaat over iets dat maar ongeveer twee andere mensen interesseert (maarja MBML (‘Mijn Blog Mijn Leven’)), maar ik probeer niets meer op te zoeken over RPDR-seizoenen die ik nog niet uit heb, omdat ik mezelf tot nu toe IEDER seizoen per ongeluk heb gespoilerd omdat ik zo nodig in Google dingen moest typen als “What did Willam do?” en hierdoor ongewild de uitslag ontdekte.

Goed, tot zover mijn spannende privéleven. Deze werkweek heb ik gelukkig flink volgepland met sociale uitjes om te voorkomen dat die mannen met pruiken voor de rest van mijn leven mijn enige vrienden zijn.

Verder nieuws uit Lisaland:
Hardlopen vorige week was dom, ik kreeg een paar dagen later (?????????) intens veel last van mijn knie en het is nu pas net bijna over. Niet oké.
– Ik heb trouwens ook wel met mijn vriend in het park gepicknickt hoor, en van het weekend heb ik nog allemaal dingen gedaan. Jullie denken nu misschien: ja hallo, Lisa, waarom kom je daar nu weer mee, maar ik had deze blog nu eenmaal al zo geschreven voordat ik tijd had om hem te posten, en nu wacht Netflix weer op me dus ik heb geen tijd om mijn hele verhaal om te gooien. (Ja, vandaag is de enige dag dat ik ook nergens heen ga, he he he.)
– ……………. nee oké ik heb niets meer te vertellen. Werk, RPDR en mijn knie, dat is mijn leven nu. Heb geduld, ooit word ik weer interessant (althans, dat vermoed ik).

 

11 Comments

Filed under leven

over waarom het eigenlijk best wel prima met mij gaat

Hallo lieve lezers, hoe gaat het met jullie? Met mij gaat het goed. Dankzij de twee voorgaande zinnen heb ik wel een beetje het gevoel alsof ik acht jaar oud ben en een brief naar mijn penvriendin Annabel aan het schrijven ben, maar op een of andere vreemde manier bevalt me dat wel.

Maar ja, ik heb dan ook best wel een goed humeur – en niet eens om één reden, neen, het leven lacht mij momenteel op meerdere fronten toe! Omdat geluk er is om te delen, heb ik ze op een rijtje gezet:

Studie/werk (oftewel: Dat Ene Waar Je Heel Veel Uren Per Dag Mee Bezig Bent En Waar Je Je Hele Identiteit Aan Ophangt, Tenzij Je Moeder Bent)
Nou, zoals jullie misschien wel niet weten, ben ik vorige maand afgestudeerd! Ik volgde een eenjarige onderwijsmaster, zodat ik in plaats van alleen ex-student Nederlands ook docent Nederlands kon worden. Spoiler: hoewel ik mijn onderwijsbevoegdheid heb behaald, ben ik nu geen docent. In plaats daarvan heb ik nu een baan als copywriter! Ik ga fulltime werken bij een heel leuk bedrijf in Amsterdam-Noord, dus ik mag lekker vijf dagen per week met de pont naar klein-Rotterdam. Hoewel ik het al een tijdje wist, heb ik eergisteren mijn contract getekend, vandaar dat ik het nu pas durf te vertellen. Maandag ga ik beginnen. Ik heb er echt heel veel zin in.

amsterdam noord

Eindelijk terug

Mijn knie (oftewel: Mijn Beide Knieën)
(Zoals jullie zien, behandel ik alle onderwerpen in aflopende mate van belangrijkheid)
Mijn fysiotherapeut had al een paar weken geleden gezegd dat ik wel eens kon proberen om voorzichtig hard te lopen, maar ik dacht, why bother als ik niet eens pijnloos gewoon kan wandelen. Op vakantie (zie mijn volgende punt) had ik echter zo griezelig weinig last van mijn knieën dat ik het wel móest proberen. Nou ja, als ik thuis was dan, want ik had mijn sportspullen uiteraard niet bij me in Engeland. Toen het eindelijk zover was voelde ik mijn knieën helaas al vóór het rennen omdat ik de dag daarvoor de hele dag in de auto had gezeten, maar ja, toen kon ik me natuurlijk niet meer inhouden.

Het was niet echt leuk. Hardlopen terwijl je bij iedere stap doodsbang bent dat het zeurende gevoel in je been omslaat in ‘iets ergs’, is niet bepaald prettig. Desondanks had ik na 2,5 kilometer in 20 minuten (ja sloom maar ik moest dus rustig aandoen en veel tussendoor lopen) niet veel meer pijn dan aan het begin. Donderdag deed ik een tweede poging en die 3,25 kilometer in 27 minuten had mogelijk nog minder impact op de pijn. Dus ik ben heel blij.

Wat overigens niet wil zeggen dat ik er al ben, mijn knieën blijven zeuren en ik blijf heel voorzichtig, maar goed, in februari ging het al na een kwartier mis, dus kun je nagaan…

De vakantie (In Cornwall Dus)
Jup, ik ben dit jaar voor de tweede keer met mijn ouders op vakantie geweest, maar mijn vriend kon niet omdat hij net een nieuwe baan heeft, en mijn ouders hadden me gewoon ingeschreven voor de boot naar Dover toen ik nog zei dat ik niet meeging. Ze kennen me goed. Het was een heerlijke vakantie, ook omdat we voor het eerst sinds jaren een compleet gezin waren: mijn broertje (23) en zusje (18) gingen ook mee.

Voor wie het wat boeit: we gingen dus naar Cornwall, waar vrienden van ons wonen (een stel van 78, waarvan de vrouwelijke helft meer energie heeft dan de rest van ons bij elkaar, echt bizar). Het was heel gezellig, en ik heb heel veel lekkere dingen gegeten, heel veel mooie wandelingen gemaakt, heel veel spullen die ik niet nodig heb gekocht, heel veel boeken gelezen, en heel veel gelachen met mijn Geschwister.

Een ander hoogtepunt was dat ik voor het eerst in mijn leven een medevegan heb ontmoet die ik zowaar níet van het internet ken; de 13-jarige (!) kleinzoon van onze vrienden is ook overgelopen naar the dark side! Hij is echt supercool en maakt allemaal dingen die ik als 25-jarige niet eens kan maken. Onze moeders waren ook blij, want die konden het nu uitgebreid hebben over het feit dat het zo veel lastiger is om veganistische vegaburgers te kopen dan vegetarische.

Harry Potter and the Cursed Child (Spoilervrij, Een Soort Van)
We moeten het ook even over de nieuwe HP hebben. Om te beginnen: ik was eigenlijk niet van plan om dat boek te lezen, ik wilde gewoon een keer (volgend jaar of zo, als het niet meer zo onmogelijk is om kaartjes te bemachtigen) naar het toneelstuk, aangezien het boek geen roman is, maar een toneelscript met een kaft. Alleen… toen kwam ik erachter dat alle andere crazy fangirls zich óók niet inhielden en ‘m gewoon binnen één dag uit hadden, dus toen dacht ik, het is mooi geweest, ik ga dat ding ook kopen.

AND I LOVED IT. Nee echt. Iedere pagina was doordrenkt van emotie en wijze levenslessen en ik had een buitengewoon prettig weerzien met mijn lievelingspersonages en wat Malfidus en Ginny zeiden over hun schooltijd, JANKEN. Oké, het verhaal was niet zo geloofwaardig en totaal kort door de bocht, maar ik kon me daar vrij goed overheen zetten omdat ik weet dat het een toneelstuk is en geen echt boek. Niet dat toneel nooit geloofwaardig is, maar je hebt op het podium nou eenmaal minder de tijd ]om lange verhalen te vertellen (hebben jullie nooit Orlando gezien of zo?)

Toen ik na het lezen op internet keek, bleek ik echter zo’n beetje de enige te zijn die het geweldig vond. Bijna alle andere HP-superfans willen het boek graag op de brandstapel gooien. Jammer maar ja. Their loss.

Concerten (Ja, Meerdere!)
1. Ik heb tickets gekocht voor Placebo! Ik twijfelde heel lang omdat ik dacht dat er niemand mee wilde, maar uiteindelijk offerde mijn vriend zich op. Dat betekent best wel wat, aangezien hij er echt niets aan vindt. Ik heb er zoveel zin in en luister tegenwoordig weer ongezond vaak naar Placebo. Echt, hoe heb ik ooit níet ongezond vaak naar Placebo kunnen luisteren?
2. Binnenkort ga ik trouwens ook naar PJ Harvey! Dat heb ik nog helemaal niet verteld. Ook hier heb ik veel zin in, al moet ik toegeven dat ik mezelf nog even wat enthousiaster moet maken door meer naar het nieuwe album te luisteren, daar ben ik om een of andere duistere reden (Placebo) nog niet aan toegekomen. Maar ik heb nog twee maanden, dus het komt wel goed, lijkt me zo.
3. Ik ben er net achter gekomen dat Frank Turner op 5 september in het Amsterdamse Bostheater komt en er zijn volgens mij nog kaarten……………….

20 Comments

Filed under leven

een superexotisch oord genaamd ‘thuis’

cornwall zonsondergang

Niet thuis

Natuurlijk, ik had best wel wat langer in Cornwall kunnen blijven. Beetje lezen, beetje wandelen langs al die prachtige rotskliffen, beetje rondkijken in charity shops en dan ondanks al mijn goede voornemens alleen maar dingen kopen bij New Look (niet echt ecofabulous, sorry, maar ik heb wel echt een prachtige nieuwe jurk). Na een week moest ik echter weer de boot terugnemen naar het vasteland. Stiekem vond ik dat niet eens zo heel erg.

Als kind ging ik iedere zomer drieënhalve week naar Frankrijk. Dat was leuk, maar ook net iets te lang, waardoor ik aan het einde van de vakantie vaak hevig terug naar huis verlangde (soms kreeg ik de laatste twee dagen ineens intense heimwee, echt grappig eigenlijk, want wat is nou twee dagjes op vijfentwintig dagen?). Eenmaal thuis had ik het gevoel alsof ik hier jaren niet geweest was – de woonkamer voelde als gloednieuw, mijn dagelijks leven leek zowaar interessant, en die drie of vier Donald Duckjes die op me lagen te wachten, waren net verjaardagscadeautjes. Thuiskomen was net zo fantastisch als, of misschien wel beter dan, vakantie.

Inmiddels ben ik twee tot drie keer zo oud als in de heimweedagen, maar behalve dat ik nooit meer zo lang weg ben dat er een werkelijk groot gemis kan ontstaan, is er niet veel veranderd. Ik ben er gelukkig achter gekomen dat ik geen heimwee nodig heb om thuis als een exotisch oord te laten voelen – op vakantie willen blijven betekent niet dat ik niet naar huis wil. Het enige dat anders is, zijn mijn exacte objecten van begeerte: in plaats van naar mijn lego verlang ik nu vooral naar mijn blender, in plaats van de kinderen uit de straat mis ik mijn vriend, en in plaats van over de woonkamer van mijn ouders droom ik nu over die hoek van mijn studio waar een bank en een tv staan (die tv is trouwens nog steeds niet aangesloten, maar het gaat om het idee).

En dan zit ik ineens hier, gewoon achter mijn bureau, op mijn computer (waarvan ik de kabel gisteren een uur lang moest zoeken dankzij mijn vakantieverstoppraktijken), en dan is alles zo leuk, zo nieuw, zo bijzonder, en zo goed.

6 Comments

Filed under leven