Author Archives: Lisa

een parijse gastblog

Zaterdag verscheen er een gastblog van mijn hand op limoentjeslife.com over het leven in Parijs. Nog niet gelezen? Klik hier!

Ik heb er nooit over nagedacht of ik een semester in het buitenland zou gaan studeren. Dat ik voor enkele maanden in een ander land zou gaan wonen, stond al vast voordat ik überhaupt mijn studiekeuze had gemaakt. De vraag was echter: waar ging ik heen?

Lees verder op limoentjeslife.com

9 Comments

Filed under metablog

principes overboord, wij willen manolo’s tijdens het eten

Sex and the City & ik begonnen slecht. Toen ik een jaar of veertien was, gingen mijn ouders een avond weg en kwam er een oppas. Dat lijkt sowieso al een beetje kinderachtig, maar mijn zusje is zeven jaar jonger dan ik en vertrouwt me voor geen meter, dus moest er een semi-volwassene het gezag komen handhaven. Goed. In ieder geval. Ik was dus veertien. En ik wilde graag naar ZOOP kijken, maar dat kwam tegelijkertijd met SATC, wat mijn oppas per se wilde zien. “Kunnen jullie geen spelletje gaan spelen?” vroeg ze. “Je bent toch veel te oud voor dat kinderachtige programma?”

Ik weet niet meer wie er uiteindelijk haar zin heeft gekregen, maar op dat moment besloot ik dat ik nooit maar dan ook nooit dat stomme programma te kijken. En iedere keer als er in de Fancy of CosmoGirl iets stond over ‘gezellige SATC-marathons met thee en vriendinnen’, nou, dan vond ik dat mooi stom. Ik wilde niet zo’n meisje zijn.

En dat heb ik uiteindelijk nog redelijk lang volgehouden: ik was pas achttien toen ik per ongeluk de eerste aflevering zag. En meteen hooked was. Leerde alle personages en hun eigenaardigheden kennen. Ging ik van Charlotte-hater naar Charlotte-lover, had ik een mening over die al hun vriendjes (Aidan 4live), werd ik stiekem altijd verdrietig als Miranda verdrietig werd en genoot ik ervan als Samantha iets stoms deed, werd ik in totaal 94 keer tijdens het avondeten vergezeld door relationeel drama.

Gisteren heb ik de laatste aflevering gezien. Ik voel me nu net alsof ik een lichaamsdeel mis. Grapje. Zo leuk vond ik het nou ook weer niet. Ik bedoel, het bleef uiteindelijk toch maar een beetje mannen inwisselen en dan zogenaamd ‘goede gesprekken’ voeren zonder ooit écht naar elkaar te luisteren. Die gesprekken gingen zo van: “Ja ik slaap niet meer omdat mijn baby niet stopt met huilen.” “Over niet slapen gesproken, raad eens wie ik gisteren heb gedaan?” Ik weet wel dat het de vaart uit het programma haalt om diepe psychologische gesprekken te voeren, maar het was toch een beetje deprimerend om te zien. Daarbij vind ik het ontzettend stom dat ze zo achterlijk veel mannen ontmoeten. En die ‘relatiewaarheden’ van Carrie zijn nou niet echt het je van het.

En toch. Toch ben ik nu zo’n meisje geworden dat regelmatig zegt: “Ooh, dat doet me denken aan die ene aflevering van SATC, waarin…”
En ik ben er nog dankbaar voor ook.

(Oh, oké, als ik nog één ding mag zeggen?
Ik heb in zes seizoenen ongeveer vier outfits van Carrie gezien die niet om te huilen zo lelijk waren.)

20 Comments

Filed under film en teevee, vroegah

mn stalen (nederlandse) allesie

Volgens mij was het mijn vaders idee om een fiets mee te nemen naar Parijs. Of was ik het toch het mijne? In mijn dagdromen zag ik mezelf de hele stad doorkruisen op dat ding, vrij en mobiel en in control. Hier aangekomen bleek het fietsen heel wat minder ongecompliceerd te zijn, maar ik fietste en ik leefde.

En wat was ik er blij mee. Al was het maar omdat het naar de universiteit gaan zoveel sneller ging dan lopend en zoveel goedkoper was dan met het openbaar vervoer. Daar bij de uni, waar ik dagelijks ongeveer vijf andere fietsen geparkeerd zag, veroorzaakte ik veel oh-jij-bent-zo-Nederlands-glimlachjes.

Daarom is het zo zo zo irritant dat er gebeurde wat er gebeurde

Het was maandagochtend. Ik was er net achtergekomen dat ik me de volgende dag in zou moeten schrijven voor mijn vakken van volgend semester, terwijl ik nog geen idee had van hoe of wat. Gestrest als ik was, besloot ik mijn banden op te pompen in de rustieke binnentuin van onze studentenflat. Ja, een binnentuin. Met bomen en zo. Bomen die bijna kaal waren, omdat alle herfstbladeren inmiddels al op de grond waren beland.

Nu ben ik nooit zo’n ster geweest in banden oppompen. Ik vergeet altijd hoe het werkt en zodra ik heb uitgevonden wat ik moet doen, ben ik het alweer vergeten. Iedere keer is het een totaal nieuwe ervaring.

Maar goed. Ik draaide het ventiel los, klaar om een beetje lekker aan te klungelen, en legde het dopje op de grond.

Alleen toen, toen schoot ineens een ander onderdeel van het ventiel los, stuitte tegen een spaak en vloog weg. Waarheen kon ik niet zien; het ging te snel. Waar het dan lag kon ik ook niet zien; de hele tuin was bedekt met een dikke laag bladeren. Ik heb verschoven, gewroet, verplaatst, maar het ventiel was nergens te vinden. Mijn band was inmiddels leger dan leeg.

Omdat ik een Zelfstandige en Vindingrijke Meid ben, wist ik meteen een oplossing voor het missende ventiel: ik ging gewoon naar de Decatlon. Waarschijnlijk zouden ze die dingen niet los verkopen, maar als ik er om zou vragen, kreeg ik er vast eentje mee van de reparatieafdeling. Toch?
Bij de Decatlon deden ze echter niet aan losse ventielen; ik moest maar een nieuwe binnenband kopen. Die kon ik er zelf opzetten, of, voor een paar euro, er door een medewerker laten opzetten.

Vol goede moed nam ik de nieuwe binnenband mee naar huis, ook al had ik geen flauw idee hoe mijn oude binnenband er überhaupt af moest.
“Kan ik dit?” vroeg ik op Skype aan mijn vader.
“Neem je fiets maar mee naar de Decatlon,” antwoordde hij.

De volgende dag sleepte ik mijn fiets naar de Decatlon.
“Sorry, dit kan ik niet doen,” zei de jongen met een een schroevendraaier in zijn hand, “Wij maken geen Nederlandse fietsen. Die zijn te moeilijk.”

Hij zei dat richting Place d’Italie wel een kleine fietsenmaker moest zitten. Ik vroeg hem, nog net niet schuimbekkend/huilend naar de straatnaam. Die wist hij niet.
Ik ben met mijn fiets aan mijn hand richting Place d’Italie gelopen, maar ik vond niets dan bakkerijen. Als ik op de fiets was geweest, had ik ook meteen alle zijstraten kunnen zoeken, maar zonder fiets duurt dat een eeuwigheid. Ik heb me zelden zo ontmanteld gevoeld.

Mijn vader stuurt me een nieuw ventiel, per post.

21 Comments

Filed under de ongemakken des levens

dingen die leuk zijn aan wonen in parijs

1. Dat je tijdens de lunch kunt besluiten om dezelfde middag nog naar de Notre-Dame te gaan. Lopend.
2. Dat je meerdere malen (per dag) naar de Notre-Dame kunt gaan. In je eentje. Oké, in principe kun je altijd wel in je eentje naar de Notre-Dame, maar dat doe je toch niet zo snel. Gisteren heb ik de kathedraal eens goed bestudeerd. Wisten jullie dat er gezichtjes onder de ramen aan de zijkant van de kerk zitten? En die engelen op het dak waren me echt nog nooit opgevallen. En al die andere beelden, al die details… die waren me in gezelschap nog nooit opgevallen.
3. Het maakt niet uit dat er een megalange rij staat voor Musée d’Orsay. Je kunt namelijk een andere keer terugkomen.
4. Ja, eigenlijk vooral dat het heel vaak niet zoveel uitmaakt wat je doet. Als je twee dagen gaat, kan het zonde van je tijd zijn om ergens heen te gaan waar het niet zo leuk blijkt te zijn, maar als je er woont, is het gewoon weer een stukje gewonnen terrein.
5. En toch steeds weer nieuwe plekken ontdekken.
6. Je verblijft in dezelfde stad als de gebeenten van Oscar Wilde, en als je wilt, kun je zelfs bij hem op visite.
7. Die leuke uitklapwinkels (ben de naam kwijt, o o) waar ze tijdschriften verkopen. En als je in Parijs woont, spreek je meestal wel een soort van Frans, dus daar kun je je te buiten gaan aan goedkope tijdschriften.
8. Je hebt het gevoel alsof je in een heel belangrijke stad woont, omdat er continu films en parfumreclames worden opgenomen.
9. Dat je Patrick Wolf Paris kunt horen spelen in Paris. Er bestaat niets passenders dan dat.
10. Dat je langs al die bekende gebouwen loopt, drukke straten vol toeristen en je het gevoel hebt dat je in een cliché bent beland, maar dat maakt niet uit, want al is het een cliché, het wel echt.

26 Comments

Filed under studie in buitenland

on-saaie on-doden

Een paar maanden geleden moest ik vluchten voor zombies. Ik zocht in een verlaten ziekenhuis naar medicijnen, rende over een desolaat landschap met een achtergebleven kind in mijn armen en leidde en passant ook nog eens wat hersenvreters af als ze te dicht bij het kamp van de levenden kwamen.

Met andere woorden: ik gebruikte de app Zombies, Run!, waardoor ik tijdens het hardlopen lekker naar een verhaaltje kon luisteren en af en toe een sprintje moest trekken omdat de zombies me op de hielen zaten (je snelheid wordt bijgehouden met de GPS, en als je voor een stoplicht moest wachten werd je dus gewoon opgegeten). Ik vond het megaspannend, maar niet erg praktisch. Omdat ik van het verhaal in de war raakte (moest ik nou sneller als hij sneller zegt of maakt het niet uit?) waren mijn prestaties een stuk slechter, en bovendien duurde één missie te kort en twee missies te lang, wat ook irritant was. Daarom ben ik na een paar keer toch gestopt. Hoewel ik het leuk vond, vond ik het zonder leuker.

Het kwam eigenlijk doordat Dionne (die overigens veel fanatieker was in dat hele zombiegedoe dan ik) in deze post zei dat ze ‘gewoon’ hardlopen zo saai vond. Aha! Dacht ik toen. Misschien is dat het: dat ik ‘gewoon’ hardlopen gewoon niet saai genoeg vond. (Met mijn eigen gedachten vermaak ik me normaal gesproken voldoende, dank u zeer).

Nou ja, in Nederland vond ik hardlopen niet saai genoeg. Daar kon ik lekker gaan waar ik heen wilde, maakte weinig uit. Dat is hier wel anders: alleen op zondagochtend is rennen door de stad een beetje te doen (het liefst rondom Île de la Cité. Omdat het kán. En omdat er dan geen enkele toerist bij de Notre-Dame te zien is), maar doordeweeks is het in een straal van 10 KM rondom mijn huis een drukte van jewelste. Daarom ren ik altijd maar in Jardin des plantes. Een mooi park, maar niet zo groot, dus ik moet een aantal keer hetzelfde parcours lopen.  En dat is wel saai. Een rondje van een uur en niets zien rennen verveelt niet, omdat ik weet dat ik van A naar B ga, maar tegenwoordig overvalt de hardloopmoeheid me al bij mijn eerste stappen in de Jardin.

Maar dat wordt vanaf vandaag anders: ik laat me gewoon weer achtervolgen door zombies. Ik laat een of andere ‘Sam’ tegen me zeggen dat ik het zo goed doe, dat ik heel goed op moet letten want de ze komen vanuit het oosten, en oh, ik moet een knuppel zoeken, en en passant ook nog eens zorgen dat ik niet opgegeten word. Hoe on-saai kan het zijn?

31 Comments

Filed under hardloopavonturen, tips en tricks