Want
Ik kijk er toch heel vaak urenlang niet op?
Tijdens etentjes leg ik hem toch nooit op tafel?
Ik mis toch altijd alle juice en belangrijke levens-updates op Instagram omdat ik mijn feed niet vaak genoeg check?
Ik heb de Facebook- en Twitter-app toch al verwijderd?
En bijna al mijn meldingen al uitgezet?
En ik kijk toch nooit op TikTok terwijl TikTok volgens iedereen echt het allerverslavendste ooit is? (#verlicht)
Ik laat hem als ik naar bed ga toch altijd in de woonkamer liggen?
En neem hem niets eens mee naar de wc?
En mijn gemiddelde schermtijd is maar iets meer dan twee uur per dag, dat valt toch wel mee?
Nou, het valt dus niet mee. Ondanks de goede gewoontes die ik al jarenlang hanteer (notificaties uit, ding ergens leggen waar ik hem niet kan zien, tijdslimiet op Instagram, etc) voelt het alsof ik vaker wel dan niet met mijn telefoon in mijn hand zit. Ik ben verslaafd, jongens, niet normaal.
Vaak lijkt dat niet per se zo. Als ik met vrienden klets, hoef ik heus geen stories van onbekenden te kijken. Als ik in de sportschool ben, heb ik geen handen vrij om te scrollen. Als ik ‘s avonds The Wire kijk, heb ik echt geen tweede scherm met entertainment nodig.
Het zit hem meer in de ‘lege’ momentjes. Als mijn vrienden de deur uit zijn, grijp ik er direct naar, met het gevoel dat het kerstochtend is en ik nu bergen cadeaus mag uitpakken (ik heb immers al úren niet gekeken! Dat hoopt zich op hoor!). Als ik terug uit de sportschool koffie drink, dan ga ik er eens goed voor zitten – een uur later vraag ik me af wat ik eigenlijk gedaan heb. Als de aflevering van The Wire afgelopen is, dan móét eventjes op dat kleine schermpje kijken. Als ik dat niet doe, word ik onrustig, alsof ik een unieke kans laat schieten.
Oh ja, en weet je wanneer ik ook naar mijn telefoon grijp? Als ik een taak moet doen die saai is, of moeilijk. Eventjes een paar Instagram-stories kijken, dan kan ik er weer tegenaan. Hmm, eigenlijk waren deze stories helemaal niet zo boeiend, dus laat ik er nog een paar kijken, ik heb het écht nodig, anders kan ik niet beginnen.
Dit klinkt misschien allemaal niet zo verschrikkelijk dramatisch, en in principe is het het ook niet, ware het niet dat het nooit bij een minuut of 10 blijft, maar dat ik in een waar rabbit hole val, en ik niet meer kan stoppen, zelfs als ik al door mijn kijklijst heen ben en actief moet nadenken of er nog Iets Anders Dat Ik Nog Kan Kijken is.
Dat is trouwens ook het enige wat ik doe tijdens zo’n binge-telefoonbui, ‘kijken’. Ik vergeet vaker wel dan niet om op appjes van vrienden te reageren. Ik post zelf ook niet zo heel veel op Instagram: mijn default-mode is niet creëren, maar consumeren. Bijna alleen maar naar stories en reels van influencers en mediapersoonlijkheden, mensen die hun leven aanbieden als entertainment – lekker makkelijk, want die kennen mij niet, dus ik hoeft me ook niet verplicht te voelen om te reageren. (Asociale media, noemen we dat)
Nog eentje, denk ik dan, daarna ga ik aan het werk/mijn vrienden appen om af te spreken/de was ophangen/een e-mail schrijven/lunch maken. Maar dan heb ik weer een story gekeken, en dan heb ik toch nog behoefte aan nóg een, en nóg een, en het voelt gewoon niet alsof ik iets anders kán doen dan nog eentje kijken, ik zit vast, ik verdrink, ik ben verslaafd.
En dan klinkt 2+ uur per dag misschien niet veel, maar dat is het wel als je bedenkt dat zeker 1,5 uur ervan niet plezierig maar dwangmatig is.
Ik weet wel hoe het komt, en wellicht weten jullie het ook al. Maar ik ga het toch herhalen: het probleem is dopamine. Elke keer als je iets nieuws ziet op je telefoon – een appje, een like, een story van een boeiend persoon – krijg je een shot dopamine. Dat voelt goed, en je wilt meer, meer, meer.
Natuurlijk is dopamine op zich goed en natuurlijk hebben smartphones de dopamine niet uitgevonden. Maar wij mensen zijn simpele wezens: ten eerste zijn we, evolutionair bepaald, gewoon gek op nieuws. En álles op je smartphone is een nieuwtje: nieuwssites kun je tot in het oneindige verversen, maar ook appjes zijn een nieuwtje, en instagramposts zijn uiteindelijk ook gewoon nieuwtjes. Bovendien: we drukken graag op knopjes. Druk je op deze story, dopamine. Druk je op een link, dopamine. Open je weer een andere app, dopamine. Ik merk het weleens als ik mijn leuke apps even blokker: dan ga ik mijn mobiel bankieren-app openen. Alles voor die shot.
Maar goed, leuk dat ik een beetje wetenschappelijk ga lopen doen, als je een betere uitleg wilt kun je het lezen in Digital minimalism van Cal Newport, dat ik jaren geleden las, of How to break up with your phone van Catharine Price, dat ik nu lees. Hierin staat bijna niks wat ik nog niet wist, maar herhaling werkt. (Bovendien vind ik dit boek iets ‘leuker’, want m’n vriend Cal is zo’n type dat nooit social media gehad heeft, dus hij ~begrijpt het~ toch net een tikje minder dan m’n ex-verslaafde vriendin Cath)
Eigenlijk begon ik in dit boek om mezelf te motiveren omdat ik zo baalde van hoeveel tijd ik kwijt ben aan mijn telefoon, maar door het lezen realiseerde ik me dat ‘tijd kwijt’ niet eens het schadelijkste gedeelte van mijn verslaving is. Ineens besefte ik haarfijn waarom ik steeds mijn telefoon pak: om ieder kort moment van een soort van leegte/verveling en alle kleine ergernissen te smeuren in dopaminekicks. Ik kijk niet meer om me heen. Ik zet niet door als een taak even moeilijk wordt. De jacht naar dopamine maakt me dommer en ongeduldiger: op mijn 16e las ik klassieke literatuur. Op mijn 32e snap ik echt niet hoe ik dat deed, ik vind een boek van 400 pagina’s al te lang. Wat zeg ik – captions bij een Instagram-foto lezen vind ik vaak al te veel moeite*.
Voorheen dacht ik toch nog: jaha, mijn telefoonverslaving is erg, ik moet echt minderen, ga ik echt doen hoor, maar ik wil gewoon echt graag weten wat influencer XYZ mee bezig is, ik ben nu al invested in zijn/haar/diens leven!
Maar nu denk ik: waarom?
Pas nu besef ik dat ik niet écht geïnteresseerd ben in deze mensen, maar geeft een nieuwtje over hun leven me gewoon weer die felbegeerde dopamineshot. (Sowieso zou ik nog een hele blog kunnen schrijven over hoe geniepig parasociale relaties met ‘beroemdheden’ eigenlijk zijn………. dat ga ik nog wel doen)
Ik weet niet wat het is – de jarenlange opbouw aan ergernis omtrent dit thema, de kracht van herhaling, of hoe m’n vriendin Cath het heeft opgeschreven – maar ineens voel ik dat ik écht iets aan deze verslaving moet doen. Ja, ik weet dat ik het wel vaker heb gedacht en geprobeerd, maar dit keer voelt het anders. Urgenter. Dit betekent overigens niet dat ik helemaal van insta ga of mijn smartphone ga inruilen voor een ouderwets exemplaar. Hoewel ik Instagram dus voornamelijk erg asociaal gebruik door vooral stories en reels te kijken van mensen die mij toch niet kennen, helpt het me tegelijkertijd ook om met mensen in contact te blijven. Maar daar zal ik later over uitweiden, want ik heb hier zoveel over te schrijven. Ik ga jullie meenemen in mijn ((~*~journey~*~))
Het heeft altijd iets kansloos’, op je blog aankondigen dat je je leven gaat beteren (hoewel… weet je wat pas echt kansloos is? Op je blog aankondigen dat je gaat bloggen! Iedereen weet altijd hoe dat afloopt)
Ook de mensen aan wie ik IRL over mijn plannen heb verteld, keken me een beetje meewarig aan, alsof ze nu al weten dat ik over twee weken toch weer ga terugvallen in mijn oude patronen van scrollen tot je scheel ziet. En dat snap ik. De vorige keren gebeurde dat immers ook!
Maar goed. Door hier te delen dat ik mijn focus, doorzettingsvermogen & intelligentie nog verder sloop als ik nog langer mijn telefoon gebruik als fopspeen, houd ik mezelf accountable**. En dat is een strategie*** die ik nog niet eerder geprobeerd heb.
Bovendien: minder passief consumeren maakt het ook meteen makkelijker om actief te zijn.
Ik bedoel, dat ik deze blog nu schrijf, komt ook alleen maar doordat ik tijdens de koffie niet op mijn telefoon mocht.
* Mochten jullie je afvragen hoe ik boeken kan schrijven met zo’n doorzettingsvermogen van niks: schrijven (boeken, maar ook bijvoorbeeld deze blog) is de enige manier om mij in een soort flow te krijgen waarbij ik alleen maar door en door wil gaan, net zo lang tot ik vierkante ogen heb en bijna van mijn stokje ga van de honger. Ook niet altijd hoor. Maar vaak wel. Godzijdank.
** Nu ik deze blog lees, denk ik: damn, ik klink echt als een crackjunk, ik hoop niet mensen zich nu zorgen gaan maken. Maar het enge is: telefoonverslaving is zo normaal dat ik zeker weet dat het bij veel lezers nog veel erger is. Zoals ik aan het begin van deze blog al zei: met mij valt het reuze mee! Dat is pas iets om je zorgen over te maken.
*** Overigens heb ik wel meer strategieën dan alleen ergernis & wilskracht hoor, maar die bewaar ik voor een andere blog – deze is al veel te lang voor aandachtspanne van de gemiddelde internetgebruiker!