Category Archives: leven

andere dingen waar ik op zich best wel dankbaar voor ben

Mijn broertje en ik. Deze foto geeft de familieverhoudingen niet op de juiste manier weer. Ik herhaal: deze foto geeft de familieverhoudingen NIET op de juiste manier weer.

Dit weekend was het leukste weekend in heel heel lang. Ik bracht het door  in een hyperluxe huisje op de Veluwe, samen met mijn familie en lover. Er was risk, er was goede koffie, er waren konijnen. Het was fantastisch. Helaas kon ik het blije gevoel eenmaal thuis niet lang vasthouden, want ik moest als een gek aan de slag voor mijn studie. Ja, ik ben een beetje gestrest.

Omdat ik daar voor vandaag wel klaar mee ben, probeer ik maar endorfines op te wekken door te denken aan Leuke Dingen Waar Ik Dankbaar Voor Ben. En dan heb ik het niet alleen over voor de hand liggende gelukzaligheden zoals een dak boven mijn hoofd, liefdevolle vrienden en genoemd worden op de blog van Teske plus de hierop volgende nieuwe Bloglovin’-followers (welkom!!!) (zagen jullie hoe casual ik dit nieuws dropte?), maar ook over de volgende zaken:

  •  Opgroeien met Harry Potter. Laatst zag ik met Tim de allerlaatste HP-film weer en ik wilde alleen maar huilen. Niet alleen vanwege het hartverscheurende levensverhaal van mijn lievelingspersonage (één keer raden wie), maar ook omdat ik me weer realiseerde hoeveel ik van Harry Potter hou en hoe geweldig het is dat deze boeken precies uitkwamen toen ik er de juiste leeftijd voor had. Ik wil niet dramatisch doen, maar ik vraag me oprecht af wat er van me geworden was als ik die serie niet had gehad.
  • Gefaald hebben met mijn studie psychologie. Als ik dat niet had gedaan, was ik wellicht al afgestudeerd. Dan zou ik nu dus werkloos zijn. Nu mag ik mezelf nog gewoon ‘student’ noemen (oké, ik werk wel, maar ik verdien niet genoeg om mezelf in leven te houden).
  • De afwezigheid van grote dikke haren op mijn rug of tenen.
  • Het feit dat mijn laptop het na vijf jaar nog altijd niet heeft begeven.
  • Het in huis hebben van suiker (iets dat pas een zekerheid in mijn leven werd toen ik een relatie kreeg met iemand die – oh horror! – suiker in de koffie drinkt). Kwam vandaag goed van pas toen ik mijn mond moest blussen na het eten van iets te veel rode pepers.
  • Rode pepers, trouwens. En knoflook. En ui. Eet ik ooit een maaltijd zonder deze heilige drie-eenheid? (Nee.)
  • Dat ik uiteindelijk nooit een dode muis in mijn kamer heb gevonden, en dat het ook niet meer ruikt alsof er eentje ligt. Ik weet niet zo goed wat die vreemde geur dan was die eerst in mijn kamer hing, maar het is vanzelf weggegaan. Misschien had een hater gewoon een stinkbom onder mijn deur door geduwd.
  • Het ontzettend grote aanbod aan vleesvervangers, waardoor vegetariër zijn tegenwoordig een eitje (ha ha) is.
  • Dit filmpje. Ja sorry hoor, ik weet dat ik hem al in mijn vorige blog én op Twitter heb geplaatst, maar hij is gewoon ZO GRAPPIG en niemand reageert erop! Ik ga hem net zo lang posten totdat er één persoon is die het bestaan van dit kunstwerkje erkent.

26 Comments

Filed under leven

positiviteit is niet klaar met mij

Volgens mij probeert het universum me wat duidelijk te maken. Schreef ik in mijn vorige blogpost nog dat ik was gekapt met dat lastige #100happydays-gedoe, gaat Iris me taggen voor 5 reasons why I smile. Nu moet ik alsnog online blij gaan doen.

Nou ja, niets moet, alles mag, het is toch zeker mijn bloedeigen blog – natuurlijk kan ik ook niet meedoen, maar wie ben ik om een teken van het universum te negeren? Bovendien, een beetje geforceerde blijheid kan ik nu wel gebruiken. Ik zou eigenlijk met een vriendin naar een schildercursus gaan, maar dat gaat niet door. In principe vind ik het niet zo erg: ik heb tentamenweek en stiekem kan ik die extra uurtjes meer dan goed gebruiken om wetenschappelijke artikelen over (laat dat duidelijk zijn: over, niet van) literaire snobs te lezen, maar het probleem is dat ik vanochtend al make-up had opgedaan. Nu heb ik mijn poriën dus voor niets laten lijden. Een doodzonde.

Maar goed, verder lacht het leven me toe hoor, en wel hierom:

1) Ik mag vandaag lekker binnen blijven. Ik was graag gaan schilderen, maar ik vermaak me ook prima als ik een dag doorbreng op zo’n zestien vierkante meter.

2) Tim en ik zijn vandaag officieel een jaar samen! We gaan het niet vieren, want we hadden allebei al wat anders te doen (oké, ik nu niet meer, maar goed). Bovendien is een datum niet zo heel interessant aangezien we daarvoor toch al een hele tijd met elkaar hingen. (Dat vind ik altijd zo raar als mensen gaan trouwen – dan zijn ze ineens “twee jaar getrouwd” terwijl ze al vier/negen/drieëntwintig jaar samen zijn! Net alsof je ineens terug bij af bent!) Toch vind ik het een leuk idee dat we nu gewoon een heel jaar kunnen terugtellen. En natuurlijk is het ook superleuk om te beseffen dat iemand het al vier jaargetijden met jou uithoudt. En jij het met diegene.

3) Ik ben eindelijk begonnen aan The Cuckoo’s Calling van J.K. Rowling (oh nee, Robert Galbraith). En het is goed jongens. GOED.

4) Ik zal wel in herhaling vallen, maar: IK BEN ZO BLIJ DAT MIJN TELEFOON TERUG IS OMG IK KAN NU WEER GEWOON TWITTEREN EN GEWOON WEBSITES LADEN IPV DAT HET SCHERM GEWOON WIT BLIJFT EN IK HEB WEER GEWOON EEN SELFIECAMERA EN OMG!

5) De laatste tijd ben ik weer bezig met het schrijven van fictie. Ik was vergeten hoe leuk ik dat vond, verhalen verzinnen en die helemaal optekenen zoals ik dat wil. In het dagelijks leven schrijf ik ontiegelijk veel – niet alleen voor mijn blog maar ook voor mijn werk, Absint en mijn studie – maar dat is allemaal vrij feitelijk en ik vind het superchill om eens alles uit mijn duim te zuigen. Dat geeft zoveel mogelijkheden! Binnenkort publiceert Killer Magazine trouwens een verhaal van mijn hand (met de spannende titel Beautyblogger) en wellicht verschijnt er binnen afzienbare tijd nog wel eens ergens wat. Of niet. Ik blijf in ieder geval lekker doortypen.

Bij de spelregels van 5 reasons why I smile staat dat ik ook nog vijf andere mensen moet taggen. Bij dezen geef ik zonnestraaltjes (oh wacht, dat was een andere positivo-tag) Lennie, Donnie, Laura, R.S. en Femke de nadrukkelijke opdracht om vijf dingen op te schrijven waar ze zo gelukzalig van gaan glimlachen dat ze kramp in hun kaken krijgen.

16 Comments

Filed under leven

noord gestoord voor beginners

Over het algemeen voel ik me best wel thuis in Amsterdam-Noord. Misschien komt dat doordat dit stadsdeel toch wel het Rotterdam van Amsterdam is, zoals ik laatst tot mijn grote vreugde ontdekte. Dat is ook de reden waarom iedereen het zo haat en ik me er zo thuis voel. Want ja, het Buikslotermeerplein doet inderdaad erg denken aan een soort onoverdekt Alexandrium (je weet wel, dat winkelcentrum waar de eerste Primark van Nederland gevestigd zit (en overigens niet bepaald representatief is voor heel Rotterdam, maar ik woonde er vlakbij dus ja)). Beide winkelcentra bevatten alle winkels die je maar nodig hebt, trekken een heel divers publiek en La Place is hun meest fancy horecagelegenheid. De kantine van de HEMA is een goeie tweede.

Voor diegenen die niet zo bekend zijn met Amsterdam, zal ik trouwens nog even uitleggen waar Amsterdam-Noord precies ligt ten opzichte van de rest van Amsterdam (voordat ik naar Amsterdam verkaste, wist ik dat zelf ook niet)

Amsterdam-Noord

(Ik heb trouwens een stukje van diep-West en de Bijlmer afgeknipt, want het gaat toch om Amsterdam NOORD hè)

Zoals jullie zien, ligt er water tussen Noord en de rest van de stad. Dat is best wel irritant, want dat betekent dat je altijd of met de pont moet, of met de bus onder het IJ door, of over een of andere wazige terrorbrug die naar Oost gaat en waar je niet kan komen zonder door een of ander bos te gaan (heb ik me laten vertellen, nooit geprobeerd hoor). Ik ga meestal met de bus. Om eerlijk te zijn zou ik liever gaan fietsen (ik heb het idee dat het ov in Amsterdam toch een beetje voor toeristen is), maar er zijn twee redenen waarom ik dit niet vaak doe:

1) Ik durf ‘s avonds niet in mijn eentje door Noord te fietsen. Niet dat het hier over het algemeen zo onveilig is, maar omdat je dan moederziel alleen over allemaal doodstille weggetjes moet.

2) Fietsen langs Centraal Station (waar de pont stopt) is echt een ramp. Ik zou hierover wel willen uitweiden maar dan blijf ik bezig, dus dat bewaar ik voor de volgende keer.

Anyway, de scheiding tussen Amsterdam-Noord en de rest van de stad zorgt er samen met het ontbreken van ‘gezellige’ straatjes (in plaats van grachten hebben wij tenminste brede wegen waar je gewoon over kunt lopen) voor dat het grootste deel van mijn leven buitenshuis zich afspeelt in een ander stadsdeel. Mijn meeste vrienden krijg je alleen naar de overkant voor de IJ-hallen of een of andere hippe horecagelegenheid pal naast de pont – en geef ze eens ongelijk.

Een enkele keer stelt iemand dus voor om naar een van die hippe plekken te gaan om het voor mij wat makkelijker te maken. Dat vind ik altijd zo aardig dat ik maar niet zeg dat die leuke tenten bij het NSDM-werf vanaf mijn huis minstens net zo ver fietsen zijn als een café in het centrum. Maar binnenkort wordt het vast drukker in mijn buurt. Amsterdam barst namelijk uit zijn voegen dankzij de vele importamsterdammers zoals ik en het feit dat mensen kennelijk nog steeds niet zijn gestopt met baren. Omdat de bizar hoge huizenprijzen rond de grachtengordel zelfs voor yuppen niet leuk meer zijn, zoeken steeds meer huiszoekers en ondernemers hun heil aan de verkeerde kant van het IJ. Het is dus wachten op de eerste Starbucks op het Buikslotermeerplein.

De Kinkerbuurt was vroeger immers ook een plek waar je niet wilde komen, benadrukt mijn vriend altijd als ik wil huilen van jaloezie omdat hij daar is opgegroeid.

Nog even en iedereen is jaloers dat ik in Noord woonde voordat het cool was. Als jullie willen, zal ik tegen die tijd een toeristische rondleiding geven.

 

Nooit meer een blogpost missen? Volg Vijf Koffie Graag op Facebook!

 

27 Comments

Filed under leven

terug naar het verzorgingshuis

De ochtend voordat ik zou horen of ik geslaagd was voor mijn eindexamen, had ik een opleidingsdag in het verzorgingshuis waar ik een zomerbaantje gescoord. Rond deze tijd van het jaar moet ik daarom altijd terugdenken aan de ochtend waarop ik leerde om bedden op te maken en rolstoelen met mijn collega’s-to-be erin stoepjes op- en afduwde. Ik bakte er niets van.

Niet dat dat iets uitmaakte, ik mocht er gewoon gaan werken. Voor mijn examens was ik gelukkig wel Terecht Geslaagd, dus ik kon met een gerust hart drie keer per week om half acht ‘s ochtends het ontbijt voorbereiden, kamers schoonmaken, koffie zetten en ‘s middags advocaatjes met slagroom inschenken op het balkon. En heel vaak geroepen worden voor dingen die ik niet mocht doen (zoals iemand naar de wc rijden), waardoor ik de bewoners altijd moest afschepen met “ik zal het zo aan iemand vragen”.

Al snel leerde ik de mensen van ‘mijn’ afdeling (ouderen die lichamelijke zorg nodig hadden) kennen en dat beviel meestal wel goed. De meeste mensen waren echt ontzettend lief en grappig. Sommigen waren ook oervervelend, maar over het algemeen had ik het goed getroffen.
Soms moest ik tijdens de lunch helpen op een andere afdeling waar alleen maar alzheimerpatiënten zaten. Veel van die patiënten wilden uit zichzelf niet eten, en dan moest ik ervoor zorgen dat ze dat wel deden. Wat een mislukking was dat. Komt een achttienjarige die nog niet eens naar de klantenservice van de ING durft te bellen een beetje aan iemand met minstens vier keer zoveel levensjaren zeggen dat ze d’r bord leeg moet eten. Alleen al wanneer ik eraan dacht om misschien eventueel wat overtuigingskracht te gebruiken, was ik bang om de bak in te moeten voor ouderenmishandeling.

Maar over het algemeen vond ik mijn werk echt leuk, de hele dag wat schoonmaken en koffie inschenken en kletsen (ik was toch nergens anders bevoegd voor).  Het enige dat verdrietige vond ik, dat als ik na de zomervakantie weg zou gaan, veel bewoners daar voor altijd zouden blijven zitten.
Ongeveer tweeënhalf jaar geleden moest ik even langs ‘mijn’ afdeling. Ik had toen al een mislukte studie en een half jaar fulltime werken achter de rug; ik was twee keer verhuisd en studeerde nu iets dat ik wel leuk vond.  Toen ik de woonkamer inkeek, zag ik veel nieuwe gezichten, maar er waren ook een aantal die ik nog herkende. Ik wist niet of dit nou goed was of niet.

Maar ja.

9 Comments

Filed under leven, mensen

hoe dat met die schone lucht mislukte

En ik wilde gaan ademhalen in Londen. Wat een grap. Vooral als je bedenkt dat ik al behoorlijk ziek was voordat ik ook maar een voet op de Britse bodem had gezet. Mijn XL-weekend Londen werd voornamelijk gekenmerkt door de vraag of ik me nou medium of zwaar klote voelde. Dat Nora, de vriendin die ik bezocht, een arts to be is, maakte voor mijn situatie niets uit, aangezien griepverschijnselen stom zijn en je alleen maar kunt wachten tot je er doorheen bent.

Even leek ik nog gered te worden door Lemsip, een Engels poederdrankje met paracetamol dat het gehele huishouden waar ik logeerde keer op keer zou verlossen van dramatische pijnen, maar dit ging voor mij niet helemaal op. De eerste keer dat ik het dronk vond ik het lekker, en het schonk nog verlichting ook. Die keren daarna was het alleen maar vies. Ik ben het tot gisteren stug door blijven drinken.

Het is maar goed dat ik de Big Ben al vijf keer gezien heb, en sowieso nog niet echt uitgebreide plannen had gemaakt, anders was het wel heel zielig geweest. Natuurlijk heb ik niet alleen maar in andermans bed een beetje ziek liggen zijn: we hebben ook nog gewandeld, gegeten en wat musea bezocht. Ik als een zombie, maar dat mocht de gezelligheid niet drukken. En als een zombie ging ik weer naar het vliegveld, waar ik bijna een metro nam naar een verkeerde terminal en en passent een arme kassajongen ervan beschuldigde mij te weinig geld terug te geven (onterecht, bleek later, toen heb ik hem wel mijn excuses aangeboden).

Daarna volgden er nog vier zieke dagen, volgens mij ben ik sinds de basisschool niet zo lang ergens absent geweest. Na meer dan een week ziek te zijn geweest ben ik gisteren maar weer naar mijn stage gegaan. Helemaal helder uit mijn ogen kijken doe ik nog steeds niet. Ik denk dat mijn lichaam me ergens voor aan het straffen is.

Donderdag ga ik alweer het land uit, dit keer met mijn vriend – die mij de afgelopen week gesteund heeft met boodschappen, koken en zijn knappe verschijning. Graag even een liefdevol applausje voor hem. Wij gaan weer naar Parijs, iets waar ik al heel lang heel veel zin in heb (duh). Ik durf me er nu niet meer zoveel op te verheugen, maar ik doe het maar toch. Want van ziek zijn blijf je ook maar zo… ziek.

Bijna naar Parijs hoera

Bijnabijnabijna

11 Comments

Filed under leven