In mijn tienerjaren fantaseerde ik graag dat ik als enige mens op aarde nooit hoefde te slapen, zodat ik ‘s nachts in alle rust kon doen waar ik overdag geen tijd voor had. Mijn huiswerk maken, leren striptekenen, een boek schrijven, dat soort dingen.
Inmiddels ben ik te oud om een leven zonder slaap te wensen, maar een beetje (heel veel) extra tijd is nog steeds van harte welkom. En dan ook nog het liefst helemaal voor mij alleen – niet dat ik jullie niets gun, maar als we allemaal extra tijd hadden, zou die tijd vast verplicht worden ingezet om te werken, en daar heb ik in die extra tijd dus geen tijd voor. Die extra tijd is voor de dingen die er nu niet van komen. Ik zou romans lezen die al jaren op me wachten, mijn badkamer behoorlijk schoonmaken, een boek schrijven, dat soort dingen.
Momenteel komt er vaak niets van deze dingen omdat ze geen prioriteit hebben. “Dan moet je die dingen wél prioriteit geven”, hoor ik men al zuchten, maar dat is moeilijk want er zijn zoveel dingen die ik wil doen, honderd prioriteiten zijn geen prioriteiten, en met lezen verdien je geen geld, in een vieze badkamer word je ook schoon en het typen van driehonderd blogs is veel minder werk dan het schrijven van één boek – bovendien zie je hierbij wel direct resultaat.
Als ik alle tijd had, zou ik nooit meer hoeven kiezen. Daarom heb ik mijn fantasieën over nooit meer slapen maar vervangen door fantasieën over het stopzetten van de tijd. Dat iedereen, behalve ik, gewoon letterlijk stilstaat tot ik zeg dat de tijd weer aan mag. Sorry dat ik zo egoïstisch ben, maar zoals ik al zei, meer tijd voor iedereen zal uitlopen op een fiasco en bovendien is het míjn dagdroom dus ík profiteer ervan. Als dit je boos maakt, beeld je je maar als wraak in dat ik uitglijd over een bananenschil. Iedereen blij.
Over het bovenstaande probeer ik trouwens maar niet zoveel na te denken, want dat kost ook weer tijd, tijd die ik beter kan gebruiken voor iets dat wél mogelijk is. Maar goed, ik ben toch bijna klaar, dus ik maak mijn verhaal gewoon af: in dit droombeeld staat iedereen dus stil, en ik zit in m’n eentje op mijn kamer te werken aan alles waar ik aan wil werken (boodschappen en rennen doe ik wel als iedereen weer beweegt: lopen tussen bevroren mensen lijkt me doodeng). Oh, nog even een kanttekening: in dit scenario word ik dus niet sneller ouder dan andere mensen, want hoewel ik meer leef, staat mijn verouderingsproces tegelijkertijd met jullie stil. Dat dan weer wel.
Oh ja, een weten jullie wat ik ook ga doen in die extra tijd, naast al die creatieve, nuttige en zeer belangrijke dingen?
Slapen natuurlijk.
Niet echtesuperrelevant maar ik vond het wel weer tijd voor Culture Club