Category Archives: vroegah

kerstliederen anno 1984

Eigenlijk kan dat niet hè, twee blogs over muziekfilmpjes na elkaar, maar ik heb legitieme redenen:

a) ik heb eventjes heel heel heel weinig tijd
b) deze clip post ik echt voor jullie, niet omdat ik weer moet dwepen met één of andere zanger op wie ik nu weer verliefd ben (okee, wel een beetje, maar dat is niet de hoofdreden)

Dit filmpje bevat z. veel sterren van nu in megajonge uitvoering. Dat is altijd leuk. Misschien ben ik gewoon late for the party (27 jaar ongeveer) en kennen jullie deze beelden allemaal al lang uit je hoofd, maar goed, het is tenslotte bijna kerst en kerst drááit om herhaling.

Enkele observaties  (niet of alfabetische of anderszins logische volgorde):

– Aaaawhwh, Sting en Bono lijken jonger dan ik nu ben! Google leert mij dat dit niet waar is: Bono is hier 24 is en Sting 33, maar het zijn net schooljongetjes. Als ik ze naast elkaar (01:22) zie vind ik Sting trouwens nog toffer en Bono nog stommer.
– Ik denk steeds dat ik Bryan Ferry zie maar dat is iemand anders (01:15)
– Waarom heeft David Bowie geen solo van een kwartier? En waarom ziet hij eruit als een zielige oude vrouw? (03:37)
– Wie ís die personificatie van de jaren tachtig op 00:49? Die blonde dude waarvan je in iedere vrouwenserie uit die tijd drie replicaties zou terugvinden? Oh wacht, het is toch George Michael! Wist je trouwens dat Boy George (00:32) hem uit de kast heeft geprobeerd te rukken? Ik ben erg in de Culture Club-fase, dan weet je dat soort dingen.
– Wat is die Simon le Bon (01:00, zelfde kapsel als George Michael) toch een alfaman zeg. Ik denk dat ik Duran Duran maar eens een kans moet geven.
– Waren er in de jaren tachtig geen vrouwelijke artiesten of zo? Wat is dit?
– Het is en blijft een draak van een nummer
– en Afrika is 27 jaar later nog steeds even arm.

3 Comments

Filed under muziek, vroegah

het einde, semi, helemaal

Dat was het dan. Tien jaar Harry Potter, misschien wel langer. Een decennium.

Het waren niet alleen de boeken en de films, er was zo veel meer. De Harry Potter-driedaagse op de kinderboerderij. Chocokikkers, smekkies in alle smaken. Heel veel Harry Potter-lego. Het computerspel, het bordspel. De knuffeluil. Harry Potter-stickers, schriften, kaarten, speciale tekenblokken die natuurlijk vol kwamen te staan met scènes uit de boeken. Harry Potter-feestjes. De Heks & Haard van HPO.  Radio MOS, dat ik samen met een vriendin op cassettebandjes opnam. Al die keren dat we met onze skateboards van het bruggetje afreden en deden alsof we in het zwerkbalteam van Ravenklauw zaten.

En ja, eigenlijk was dat al lang over, maar toch.

Het laatste boek verscheen vier jaar geleden. Nadat ik het uit had bekeek ik dagen achter elkaar tranentrekkende Youtube-compilaties vol met van Deviantart geplukte tekeningen, opgedragen aan de gestorvenen uit Harry Potter. Zo leek het net alsof ik er nog middenin zat. Ik onderdruk de neiging om het weer te doen – je komt er niet mee verder. Maar wat moet je wel doen als het boek uit is? Fanfiction lezen waarin het beter afloopt met Sneep? (Want ja, ik zit vooral zo met die Sneep ik m’n maag. Had je iets anders verwacht.) Natuurlijk heb je nu Pottermore.com, maar dat is evenals de Youtubefilmpjes slechts uitstel van het einde.

Op dit soort momenten heb ik een hekel aan fictie. Er wordt een wereld geschapen, zo uitgebreid en levensecht, maar dan houdt deze wereld op. Kennelijk heeft dit heelal toch een plafond. Binnenin gebeurt zoveel, maar ‘veel’ is nog steeds beperkt.

Dus ja, wat nu. Ik weet het niet. Ik ben dankbaar dat ik erbij mocht zijn, dat ik mocht wachten op het volgende deel en erover kon speculeren op Harry Potter-fora. Dat ik jong genoeg was om op een brief van Zweinstein te kunnen hopen. Het was fantastisch.

De boeken liggen klaar om opnieuw gelezen te worden, maar ik wil het niet. Fictie kan niet dood, maar leven zoals het de afgelopen tien jaar heeft gedaan, zal het ook niet meer.

1 Comment

Filed under boeken, film en teevee, vroegah

drops of memory

“Dit is echt zo’n leuk liedje van vroeger!” zei de jongen die naast me zat bij tekenen. Ik keek op de display van zijn ipod. Drops of Jupiter van Train – het zei me niets.
“Je kent het echt wel,” zei hij, “als je het hoort weet je het!”
Thuis zocht ik het nummer op op youtube, en toen ik het luisterde wist ik alles weer.

Het was een hit toen ik nog heel jong was. Mijn moeder reed me regelmatig in de kinderwagen naar de bakker, mijn broertje was er nog niet. Soms gingen we naar het winkelcentrum. Mijn tante was er dan ook en we aten taart bij de HEMA. Thuis zette mijn moeder de radio aan en ik speelde met duplo, of met mijn lievelingspop. Mijn leven bestond uit mijn ouders, en als ze beiden op hun werk waren, mijn oma.

Het klinkt allemaal nogal banaal en dat is het ook, maar ik zie het zo helder voor me dat het toch heel bijzonder aanvoelt. Het is zo dubbel – ik koester de mooie tijd, maar ik word ook een beetje triest van het idee dat dat de schijnbare eenvoudigheid van toen nooit meer terugkomt.

Als ik Drops of Jupiter luister flitst het allemaal door me heen en ben ik even weer drie.
Het enige jammere is dat dit nummer is uitgebracht in 2001. Toen was ik al tien jaar. Mijn leven bestond toen al lang niet meer uit de kinderwagen maar uit school en Rollercoaster Tycoon. De poppen en duplo had ik al lang omgeruild voor barbies en lego.

En dan vraag ik me af: wat verbeeld ik me nog meer?

1 Comment

Filed under leven, muziek, vroegah