Tag Archives: jesus take the wheel

waarom ik een beetje weg ben

Eén van mijn decemberdoelen is dus grandioos in het water aan het vallen. Het gaat om punt 2, de Instagram-challenge van Dionne winnen. Het is me nog aardig lang gelukt om iedere dag een foto te maken van wat de opdracht die dag dan ook was, maar uiteindelijk begon de klad er toch in te komen. Niet omdat ik de opdrachten op zich niet leuk vind of omdat ik het te druk heb met kerstcadeautjes kopen, maar eh, omdat – ik durf het bijna niet te zeggen – iedere dag online present zijn mij iets teveel gevraagd is.

Dit klinkt lame, zeker voor iemand die zoveel op internet te vinden is als ik, maar het is wel zo. Meestal vind ik social media hartstikke leuk en aardig (vaak zelfs iets te leuk en aardig), maar… soms ook niet. Er zijn gewoon dagen waarop ik mijn telefoon onder mijn deken wil verstoppen zodat ik even kan vergeten dat dat ding bestaat. Dan wil ik dat al die vreemde mensen uit mijn huiskamer gaan, en dan wil ik al helemaal niet in de huiskamers van vreemden verschijnen.

Dit soort introverte gevoelens gaan altijd snel weer voorbij en dan kan ik weer vrolijk doorgaan met online leven. Maar dit neemt niet weg dat ik geloof dat een mens niet zou moeten instagrammen als diegene niet wil instagrammen, zelfs al had diegene het zich nog zo voorgenomen. Kijk, je kunt natuurlijk niet de hele dag een beetje in je tuin zitten en paprikachips vreten, er moet ook nog gewerkt worden, en dat is maar goed ook. Maar grapjes maken op Twitter is – hou je vast – geen verplichte bezigheid. En als dan blijkt dat je dagelijks foto’s maken maar een gedoe vindt, nou, dan moet je het niet doen. Zelfde geldt voor schilderen of breakdancen of leren jongleren met vier ballen (tenzij je circusartiest wilt worden). Er is immers al genoeg dat een mens wel moet doen. Zoals kerstcadeautjes kopen, dus.

Leave a Comment

Filed under de ongemakken des levens

over niet aan dingen toekomen

Het is weer bijna kerst en dan weer bijna oudjaar en dan is het weer een nieuw jaar. Ja, net nu 2013 op gang kwam, dus. Sorry, dit hebben jullie sinds 1 december vast al tachtig keer gehoord. Wij mensen hebben maar een vreemd gevoel voor tijd. Dit is trouwens best wel een goed argument om geen kinderen te krijgen – dan gaat de tijd nog sneller, en wie wil er nou even zijn ogen dichtdoen met een lieve baby op schoot, om wakker te worden van het gestamp van een boze puber?

Goed, bijna nieuwjaar dus. Hoewel dit een goed gevuld jaar is geweest, worden in december de niet-gelukte dingen van het jaar toch wel weer pijnlijk benadrukt. Een groot schrijfster worden, bijvoorbeeld, maar ook zoiets stoms als keihard uitgaan met TWEE verschillende vriendinnengroepen. (Sorry voor het woord ‘vriendinnengroepen’ maar ik weet even geen duidelijker woord.) Uitgaan! Hoe kan zoiets niet lukken? Dat duurt maar een avond zou je denken, oké, een avond en een dag om bij te slapen. Op zich zitten er 52 weekenden in een jaar. Maar om één of andere reden is dit toch niet gebeurd. Nu zijn wij (kennelijk) niet zo uitgaansziek en doen we heus wel andere dingen met elkaar, maar het is toch stom.

En dan nog iets dat ik dit jaar wéér niet gedaan heb: bepaalde boeken (her)lezen. Natuurlijk heb ik gelezen. Ik studeer verdomme Nederlands. En ik lees in mijn vrije tijd nog wel iets, al valt die score een beetje tegen. Vooral het herlezen van boeken gaat flink mis – al jaren, trouwens. Hoewel ik de eerste delen van Harry Potter zo’n tien keer gelezen heb, las ik de laatste slechts twee keer. Niet dat ik niet opnieuw wilde beginnen, maar… het kwam er niet van. Het zijn ook zoveel pagina’s en ik wilde het graag goed doen, alles achter elkaar lezen en me er helemaal in verliezen, niet dat ik halverwege de weg kwijtraakt en de boeken maanden later maar eens van mijn nachtkastje pak om ze onuitgelezen terug in de boekenkast te leggen.

Zelfde geldt voor de Een groene bloem-boeken van Floortje Zwigtman* – de eerste twee delen las ik regelmatig en toen de laatste uitkwam wilde ik ze snel weer allemaal achter elkaar lezen, maar dit is nog steeds niet gebeurd. Of de boeken van Anne Rice. Ik ben dit jaar nog blijven steken bij dat stukje waarin Lestat in die toren van Marius naar rottende lijken aan het kijken was.

Maar goed. Ik heb hierdoor wel andere, nieuwe leuke dingen kunnen lezen. En het is wel fijn om te weten dat er zulke leuke boeken op me wachten, mocht ik eens wel de moed hebben om eraan te beginnen. Dat geldt eigenlijk voor meer dingen waar ik niet aan toe ben gekomen. Wat een leuk leven eigenlijk, met zoveel moois in het vat.

 

* Deze opmerking heeft op zich niets met mijn punt te maken maar: vandaag ga ik haar wat vragen stellen voor Absint! Nee, dit is inderdaad heel offtopic maar ik ga dit echt binnen een uur doen en daardoor kreeg ik inspiratie voor deze blog dus ook raar om het er niet bij te zeggen (+ ik vind het megaleuk)

P.S. (Ja ik doe een asterisk en een P.S., superprofessioneel): om nog even in kerstsferen te blijven, een collega stuurde me dit vorige week tijdens een dienst om een uur of acht ‘s ochtends. Ik ben zelden ergens zo enthousiast over geweest.

Leave a Comment

Filed under boeken, tijdmanagement

over selfies en mijn zelfbeeld

selfies zelfbeeld spiegel

Ik had geen make-up op vandaar

Voordat je begint met lezen, eerst een waarschuwing. Ik ga jullie het meest narcistische, oppervlakkige probleem ooit voorleggen. Het is echt heel erg. Wil je nog steeds doorgaan? Vooruit. Je weet waar je aan toe bent.

Toen ik op de middelbare school zat, stond ik een keer met vriendinnen voor de spiegel bij de wc’s.
“Huh,” zei eentje plotseling, “Lisa, in de spiegel zie je er heel anders uit dan in het echt.”
“Hoe anders?” vroeg ik gretig. “Beter of juist niet?”
“Minder goed,” zei mijn vriendin ernstig en ik was tevreden. Hoewel ik niet bijzonder ongelukkig was met mijn spiegelbeeld, kon ik er ‘in het echt’ maar beter beter uitzien.

De spiegel en mijn zogenaamde echte uiterlijk staan tot op de dag van vandaag op gespannen voet, vooral in combinatie met foto’s – want daar zie ik er al helemaal nooit zo uit zoals ik wil. Het meisje in de spiegel is knapper, hoor. Spiegelfoto’s maken deze kwestie extra ingewikkeld: is in de spiegel alles nog prima, is het op de foto alsnog om te huilen. Zelfs al is het al een foto van mijn spiegelbeeld. VOORAL dan. Wordt nog erger wanneer ik de camera zo hou dat ik in de spiegel alvast het resultaat kan bekijken (ja, ik werk voor mijn selfies) – als ik klik, denk ik dat dit mijn nieuwe profielfoto op alle social media wordt, maar zodra ik eenmaal in pixels vereeuwigd ben, wil ik hem alleen maar verwijderen.

En toen moest ik ook nog eens een nieuwe smartphone aanschaffen. Dezelfde als mijn zusje, die op saaie verjaardagen standaard zo’n dertig selfies per kwartier op Snapchat slingert, bij voorkeur met mij of onze broer als accessoire. Dus uiteraard: ik wist dat dit ding ook een camera aan de voorkant heeft, zodat ik nu allerlei foto’s van mezelf kan maken zonder tussenkomst van een spiegel.

Alleen. Lukt. Het. Nog. Steeds. Niet. Vooral niet omdat de camera de foto in de eerste instantie in spiegelbeeld laat zien, waardoor alles leuk en aardig lijkt, maar de foto daarna ineens ALSNOG GOED ZET! Waardoor je eruit komt te zien zoals je er in het echt uitziet! En daar zit ik nou niet op te wachten. Ik wil gewoon op mijn spiegelbeeld lijken.

Heeft mijn narcisme jullie al dikke tranen over jullie ongetwijfeld beeldige wangetjes laten druipen? Dit effect heb ik in ieder geval wel op mezelf. De moderne mens moet afkicken van de smartphone? Geef mij liever een tijdje spiegelvrij. Dan leer ik mezelf nog eens accepteren.

zelfbeeld selfies spiegel

Twee TOTAAL verschillende mensen

Nooit meer een blogpost missen? Volg Vijf Koffie Graag op Facebook!

 

Leave a Comment

Filed under de ongemakken des levens

en toen brak mijn enige zwarte pen dus

Ooit was ik een ontzettend ongeorganiseerd meisje. Ik was zo’n type dat alles maar liet slingeren, dat om bij haar computer te kunnen eerst alle zooi van het toetsenbord op bed moest gooien, en als ze wilde slapen, alles weer van bed naar bureau moest verplaatsen. Als ik een belangrijk document nodig had, moest ik die in één van mijn vele verschillende dozen/laden/manden zoeken. Ik was standaard alles kwijt en mijn agenda kon ik net zo goed niet gebruiken, want ik deed niet eens de moeite om iets op te schrijven.

Daar is de afgelopen jaren geleidelijk verandering in gekomen, maar eerlijk is eerlijk: vaker dan dat alles spic en span was, was het gewoon nog steeds een teringzooi. Sinds een paar maanden gaat het echter ‘ineens’ een stuk beter, sterker nog: ik heb me nog nooit zo opgeruimd gevoeld als de laatste paar maanden. Op het obsessieve af bijna, want ik ruim alles op. Zelfs mijn bankkussens moeten recht liggen. Anders zie ik het zo. En daar kan ik nu niet meer tegen. Regelmatig sta ik versteld van deze plotselinge ontwikkeling en nog regelmatiger vraag ik me paniekerig af wanneer ik een terugval ga krijgen en, oh horror, mijn kamer weer zal veranderen in een onbegaanbare puinzooi.

Mijn allergrootste triomf: mijn smetteloze, goed bijgehouden agenda. Ik schrijf ALLES op (zelfs wanneer mijn bibliotheekboeken terug moeten) en als ik iets belangrijks moet doen, markeer ik het. En ik schrijf alleen met zwarte pen, omdat het mooier is. Ja, ik heb al sinds het begin van dit collegejaar alleen maar die kleur pen gebruikt. Nee, dat is dus nog nooit fout gegaan. Ik kan het zelf ook niet geloven. Vooral niet omdat ik maar één zwarte pen heb.
Of had. Want gisteren liet ik hem in een moment van onbedachtzaamheid op de bank slingeren, om er vervolgens op te gaan zitten. En toen hoorde ik dus ‘krak’. En wil hij niet meer terug in elkaar. Nou ja, de huls dan, het inktreservoir, je weet wel, dat lange dunne witte dingetje, daarmee kan ik nog wel schrijven. Niet erg netjes, maar toch. Ik weiger een blauwe pen te gebruiken – niet omdat ik mijn agenda niet wil verpesten, maar omdat ik mijn agenda niet wil verpesten, zeg maar. Ik ben als de dood om los te komen uit deze vicieuze cirkel van organisatie.

Morgen ga ik zes nieuwe zwarte pennen kopen. In elke tas twee, en een paar extra. Puur uit angst dat ik anders weer verander in iemand die ‘s avonds de spullen van haar bed moet halen om te kunnen slapen.

Leave a Comment

Filed under de ongemakken des levens

hier scheiden onze wegen

Gisteravond ging ik eten met één van mijn buren. Beetje vieren dat we onze scripties hebben ingeleverd, beetje klagen over de rotzooi in de keuken, beetje zenuwachtig worden van dat muizengetrippel boven ons hoofd, dat soort dingen. Ze vertelde me dat haar fiets uit onze fietsenstalling was gestolen, wat natuurlijk vet balen is – niet alleen omdat je dan weer een nieuwe moet regelen, maar ook het idee dat zoiets dus in onze fietsenstalling gebeurt. Nu is onze flat daar pauper genoeg voor (vandaar ook de muizenplaag), maar leuk wordt het nooit. Ik dacht toen dus al; die van mij zal ook wel gestolen zijn.

En inderdaad; toen ik vanochtend ging kijken was hij weg. Mijn fit for free-zadelhoesje en doorgeknipt kettingslot lagen treurig op de grond.

(Dat slot had mijn vader trouwens gekocht nadat we mijn vorige hangslot hadden gesloopt omdat-ie niet meer los wilde gaan. Gelukkig kon het makkelijk worden doorgezaagd. Koop je dus een nieuw slot, een beter slot, krijg je dit.)

Het is niet de eerste keer dat mijn fiets is gestolen. De vorige keer was toen ik met een vriendin naar het winkelcentrum ging om een Diddl-deurhanger te kopen (zo’n ding dat aangeeft of je gestoord wil worden of niet, echt een fiasco trouwens want niemand hield zich er ooit aan). Mijn fiets stond toen ook dubbel op slot, maar hij was toch weg. Ik was ontroostbaar.

Nu moest ik niet eens een piepklein beetje huilen. Dat komt waarschijnlijk doordat ik toch nog een tweede fiets voor noodgevallen heb, al kan ik die niet gebruiken want dan moet ik er eerst voor zorgen dat a) ik de sleutels vind en b) hij niet meer zo verrot is c) er überhaupt bij kan (iemand merkte dat ik ‘m nooit gebruik en heeft hem in zo’n hoog fietsenrek gezet).
Ergens was ik zelfs nog wel blij dat ik nu niet meer hoefde te twijfelen tussen naar de stad fietsen en het dragen van een rok tot op mijn enkels.

En dat terwijl het mijn Parijs-fiets was. De fiets waarmee ik bloedstollende tochten door het Parijse verkeer heb gemaakt, waar ik de hele stad voor heb afgelopen om een nieuw ventiel te scoren. Wij tegen de wereld, dat soort dingen. Nu voor altijd gescheiden. We zullen elkaar nooit meer zien.

Als ik achter de identiteit van deze fietsendief kom, zal ik wraak nemen. Ik weet nog niet precies hoe, maar het heeft te maken met muizennesten, smerige vuilniszakken, harde bassmuziek en ander pauperflatongemak.

10 Comments

Filed under de ongemakken des levens