Een traumatische herinnering uit de brugklas: toen ik bij Engels in de klas moest voorlezen en bij het woordje ‘know’ aankwam. Ik sprak het uit zoals me logisch leek: knoow. Iedereen moest lachen, maar ik had geen flauw idee wat ik zojuist verkeerd had gedaan. En hoe het in vredesnaam kon dat iedereen behalve ik het wel wist. (Tot op de dag van vandaag een groot mysterie. We waren twaalf!)
Voor Engels haalde ik sowieso niet zulke goede cijfers en mijn leraar opperde dat ik me eens moest laten testen op dyslexie. Dat vonden mijn ouders wel lachen, omdat ik op die leeftijd nog altijd drie boeken per week las. Die test heb ik dus nooit gemaakt, en mijn Engels is inmiddels, geloof ik, niet ondergemiddeld. Mijn Frans is na vijf maanden Parijs (bijna een jaar voorbij!) wel goed, maar om eerlijk te zijn is mijn taalvaardigheid me nog best tegengevallen. Natuurlijk, ik kan een heleboel uitkramen, maar ik had verwacht dat ik het allemaal wat foutlozer had kunnen uitkramen. Misschien had ik iets meer met Fransers om moeten gaan, in plaats van met Duitsers.
Niet dat ik dan Engels of zelfs Duits met onze oosterburen sprak, onze voertaal bleef Frans – dit omdat een aantal Duitse vriendinnen die taal nu eenmaal beter beheersten dan Engels (tot op de dag van vandaag een groot mysterie), en omdat mijn Duits sinds ik met m’n hoofd in al dat Frans zat, al helemaal niet meer zoveel voorstelt. Ja, begrijpen doe ik het nog prima. (Ik koester dan ook warme herinneringen aan hoe mijn Duitse vriendin en ik in onze eigen taal tegen elkaar konden roddelen over wat een prutser onze docent wel niet was en zo een volwaardig gesprek in twee talen konden voeren. Achteraf gezien misschien niet superhandig, want dat was tijdens een les die ‘Philosophie des passions’ heette en ja, filosofie is een Duits dingetje, dus misschien sprak die leraar dat wel hartstikke goed.)
Enfin. Duits lezen/horen gaat prima, maar het praten gaat, zeker sinds Parijs, voor geen meter. Iedere keer als ik een Duits woord wil zeggen, floept er een Frans woord uit. Echt! Het is een vreemd automatisme. En een jammerlijke ook, want zeker sinds vorig jaar ben ik juist zo geïnteresseerd geraakt in het leren van allerlei andere vreemde talen en op zich heb ik al drie jaar Duits gehad. Maar van omgaan met Duitsers leer je geen Duits, blijkt. En misschien moet ik ook maar aan mezelf toegeven dat ik gewoon geen talenknobbel heb. Iets wat overigens niet in de weg hoeft te staan om iets te leren, als je het echt wilt: tegenwoordig word ik immers ook niet meer uitgelachen om mijn Engels.